top of page

Dag 157 & 158.

                          

Lieve Mila,

 

Hoewel jouw dappere zusje deze ochtend geopereerd wordt en er voor haar nare dagen aankomen in verband met een extra infuus in allebei haar onderarmen, schrijf ik dit stukje aan jou. Wij kwamen vrijdagavond pas laat thuis en tijdens het naar bed brengen, kregen we het, zoals wel vaker, over kamperen met een tentje. Toen ik jou vervolgens vroeg of je het leuk vond om dit weekend samen te gaan kamperen, begonnen je mooie ogen te stralen. 

 

Dus nadat jij op zaterdagochtend naar zwemles bent geweest, eten we snel een broodje en wandelen we saampjes thuis weg. Wandelen ja, want wij zijn echte bikkels! In onze rugzak zit alles: tentje, slaapzakjes, matjes, stoeltjes, kleren, kookspullen, spelletjes, noem maar op. We zijn er helemaal klaar voor. We wandelen over de dijk, gaan over het trekpontje, lopen verkeerd en daardoor een heel stuk door de brandnetels (sorry!) en ploeteren een stuk dwars door een maïsveld. Na een kleine drie uur komen we aan op de camping en zetten we onze tent op. We eten noodles met als toetje een zakje chips, spelen schaduwstampertje en voetballen met een onzichtbare voetbal. Voor het slapen, douchen we superlekker en superlang en kwamen er toen we uit het hokje stapten pas achter dat er iemand stond te wachten: oeps! Nadat ik jou voorgelezen heb uit Jip en Janneke ga je op je matje in je slaapzak liggen. Je krult zo heerlijk in je coconnetje en hoewel ik je nog een tijdje hoor draaien, wordt het langzaam stil en slaap je vredig. Zelf drink ik nog een kopje thee en kijk vanuit mijn stoeltje naar de zonsondergang, voordat ik naast je kruip. We hebben een heerlijke nacht samen in de tent.

 

De volgende ochtend worden we al net zo relaxt wakker. We poetsen onze tanden, ontbijten voor ons tentje en lopen een rondje over de boerderij van de camping. Terwijl we de tent afbreken, de matjes oprollen en de spullen inpakken, luisteren we lekker naar het Sinterklaasjournaal. Jij helpt mee met het schoonmaken van de haringen, het demonteren van de stoeltjes en het inpakken van de tent. De wandeltocht terug naar huis gaat een stuk sneller dan de heenweg en rond 13:00 zijn we alweer thuis. We lunchen op de bank, waar jij even TV kijkt en ik in slaap val. Daarna rijden we naar Utrecht, waar jij en Jasmijn nog volop op jullie rode driewielertjes rondcrossen. Als jij en mama na het eten weer weggaan, besef ik me eens te meer hoe veel ik je mis als ik niet bij je ben. Gelukkig heb ik een fijn uitje om aan terug te denken.

Lieve Mila, ik kan niet onder woorden brengen hoe trots ik op je ben. Hoe je daar door de velden stapt, op je wandelschoenen, in je afritsbroek. Hoe je over de hekken klimt, de pont zelf trekt en de hele wandeltocht vrolijk bent. Hoe je meehelpt met het opzetten van de tent, jezelf vermaakt terwijl ik kook en geen enkel probleem hebt met het douchen, plassen en wassen in een toiletgebouw. Overal zie je het plezier van in en je doet alles met een lach. Ik heb het in dit dagboek veel over wat Jasmijn allemaal kan; dingen waar jij waarschijnlijk meer problemen mee zou hebben. Maar dit zal Jasmijn jou de komende jaren echt niet nadoen: jij bent hier zo in je element. Hoe heerlijk je daar in je slaapzak kruipt en hoe zichtbaar je geniet van alles in en om de tent. En dan zeg je ook nog: “Ik kan niet wachten om dit in de bergen te doen papa!” Oh liefste meisje toch, dan smelt ik. Ik kan me niks fijners voorstellen dan met jou, of natuurlijk met mama en Jasmijn erbij, in een tentje door de bergen te trekken. Ik denk dat ik daar vanavond maar eens over ga dromen. Bedankt voor vandaag Mila, bedankt voor alles.

 

Ik hou van je, en deze kampeertrip ga ik nooit meer vergeten.

Papa

bottom of page