top of page

Dag 500.

 

Lieve Jasmijn,

 

Vanochtend, nou eigenlijk vannacht rond 05:00, stond jij te grijnzen aan de rand van mijn bed. Ik knuffelde je, verschoonde je luier en stopte je weer in, maar kon zelf niet meer slapen. Ik zat daarom al vroeg beneden en stond rond 7:30 al boven op de steiger voor het aflakken van het hout. Tegen het middaguur was ik klaar en kwam jouw vriendinnetje Kiki bij ons spelen. Jullie verkleedden je als prinsessen, spetterden met water in het zwembadje en speelden in jullie geheime hut. In de middag, toen Kiki weer naar huis was, keken jij en Mila onder het prieeltje naar Madagaskar en we aten lekker wraps met kip. Het was een prima dagje Jasmijn. Papa merkte wel dat hij moe was, vanwege die korte nacht en het toch wel harde werken de afgelopen dagen, dus ik ga straks vroeg naar bed. Straks komt ook de regen, maar dat is alleen maar goed voor de tuin. Het houtwerk er klaar voor, dus laat maar komen die neerslag.

 

Lieve Jasmijn, van de 1701 dagen die jij inmiddels op deze aardbol kruipt, loopt en fietst, word je er vandaag 500 voor kanker behandeld. Bijna een derde van je leven kom je al in het Prinses Máxima Centrum; een veel groter percentage als je uitgaat van het deel van je leven dat je je daadwerkelijk kunt herinneren. Natuurlijk weet je nog vlagen van je leven voor 8 maart 2023, maar veel verder dan de reis naar Italië en zomaar een keer sleetje rijden in de tuin, kom je denk ik niet. Je hebt geen weet meer van het leven daarvoor; van de periode dat je geen vieze medicijnen hoefde te slikken en geen beperkingen had. Je weet niet meer hoe het is om lange haren te hebben, maar meid wat had je een mooie lange haren toen. Je hebt geen idee meer hoe het was om te leven zonder kanker; om geen lijntje uit je borst te hebben steken en om geen groot litteken op je buik te hebben. Het enige leven dat jij kent, is het leven dat je de afgelopen 500 dagen geleefd hebt. Een leven van “ziekenhuis in, ziekenhuis uit”, een leven van pijn, ongemakken en verdriet. Toch was het niet allemaal kommer en kwel, de afgelopen 500 dagen. De quality time die we gehad hebben, is niet te beschrijven. We zijn als gezin naar elkaar toe gegroeid op een manier die zonder deze ziekte onmogelijk geweest was. We hebben nieuwe prioriteiten in het leven, als ouders, maar ook als mensen, waardoor we elke dag anders ingaan. Beseffen waar het leven in essentie om draait, is aan de ene kant zo logisch, maar het wordt door onze maatschappij volledig naar de achtergrond gedrukt. Wij zien het weer, voor zover we het ooit niet gezien hebben. Het is waardevol; het is een kracht die we de rest van ons leven met ons meenemen. Niet dat jij die extra kracht nodig gaat hebben hoor. Jij slaat je er wel doorheen, wat er ook op je af komt in je leven. De afgelopen 500 dagen ben jij veranderd van een lief en onschuldig kleutertje, naar een onvermoeibare strijder die niet opgeeft. De afgelopen 500 dagen hebben jou geleerd hoe het is om af te zien voor een hoger doel, om door te zetten, terwijl je eigenlijk niet meer kan en wil. De afgelopen 500 dagen hebben jou sterk gemaakt; zo sterk dat er geen obstakel meer op je pad kan komen, waar jij geen raad mee weet. De afgelopen 500 dagen hebben mij, als vader, trotser gemaakt dan woorden kunnen beschrijven. Trots op jouw fantastische zus Mila, trots op jouw lieve moeder en trots op ons heerlijke, liefdevolle gezin. Toch zal het woord “trots” vanaf nu voor altijd gepaard gaan met de woorden “op Jasmijn”. Zo trots als jij mij al 500 dagen maakt, kan ik niet beschrijven. Het is een emotie die ik elke keer als ik naar je kijk moet onderdrukken, omdat ik anders spontaan in huilen uitbarst. Dit gevoel, dat al 500 dagen beetje bij beetje blijft groeien, gaat veel verder dan alleen “trots”. Het is compleet nieuwe emotie, waar ik als zogenaamd auteur maar eens een nieuwe benaming voor moet verzinnen. Als ik weet welke woorden recht doen aan dit gevoel, dan laat ik het je weten Jasmijn. Tot die tijd zeg ik maar gewoon: wat ben je toch een kanjer.

 

Ik hou van je, kanjer.

Papa

bottom of page